Activiteiten
 

 

Hyperventilatie.

Acute hyperventilatie
Bij een hyperventilatieaanval kan de ademhaling hoorbaar versnellen en vaak kan men deze ook niet meer onder controle houden. Het hart kan sneller gaan kloppen en men heeft soms het gevoel dat het hart een slag overslaat. Men gaat transpireren en wordt bleek. Er ontstaat angst. Het vermoeden rijst dat er iets ernstigs - misschien wel een hartaanval - gaande is en dat men dood gaat. Handen en voeten kunnen gaan tintelen, de mond kan droog worden. Tevens is het mogelijk dat u duizelig wordt, wazig of dubbel gaat zien en dreigt flauw te vallen. Helder denken is niet meer mogelijk. Zonder dat daar enige aanleiding toe is kunt u gaan lachen of huilen. Paniek overheerst op dat moment alles. Na verloop van tijd houdt het echter vanzelf op. Vaak is men daarna erg moe.

 

Chronische hyperventilatie
Naast de acute vorm van hyperventilatie bestaat er ook een chronische vorm. Chronische hyperventilatie is
minder spectaculair en daardoor ook minder eenvoudig te herkennen. Deze vorm van hyperventilatie komt echter op grotere schaal voor dan acute hyperventilatie. Chronische hyperventilatie wordt gekenmerkt door vage klachten, die echter constant aanwezig kunnen zijn. Dit is logisch omdat men bijna de hele dag 'onbewust' aan het hyperventileren is. Het duurt meestal erg lang voordat ontdekt wordt dat men lijdt aan chronische hyperventilatie, want de hierbij optredende klachten kunnen ook vele andere oorzaken hebben. Wanneer dan eindelijk de diagnose hyperventilatie wordt gesteld hebben veel mensen al angsten, zoals o.a. ziektevrees opgebouwd omdat men zo lang in onwetendheid heeft verkeerd.

Veel klachten zijn te verklaren: de doorbloeding naar de hersenen kan iets minder worden zodat er minder zuurstof naar de hersenen wordt vervoerd, vandaar deze hoofdklachten, onschadelijk voor het lichaam, maar heel erg vervelend. De enorme vermoeidheid is te verklaren door het voortdurend last hebben van vage klachten. Verder is een van de reacties van het lichaam op chronische hyperventilatie vaak een verhoogde productie van melkzuur. Het lichaam probeert zo de pH van het bloed omlaag te krijgen. Normaal wordt melkzuur geproduceerd wanneer iemand een stevige inspanning levert. Het gevolg van deze voortdurende melkzuur-productie is dat iemand met chronische hyperventilatie vaak klaagt over vermoeide spieren en dat verklaart dus ook weer het gevoel van vermoeidheid.
 

Aanverwante klachten
Klachten zoals hierboven beschreven kunnen leiden tot een heel ander soort klachten, namelijk angst en paniek. Natuurlijk is iedereen wel eens bang. Angst is ook nodig om te waarschuwen wanneer er gevaar dreigt.
Als mensen zonder dat daar aanleiding voor is last hebben van angsten is er echter iets anders aan de hand. Deze mensen worden niet bedreigd maar raken toch in paniek. Ze vertonen daarbij veel symptomen van hyperventilatie: trillen, zweten hartkloppingen etc. Mensen die dit vaak overkomt lijden aan een paniekstoornis. Ze worden op de meest onverwachte momenten overvallen door de angst dood te gaan, gek te worden of de controle over zichzelf te verliezen.

 
Angst
Hyperventilatie zonder angst komt maar heel weinig voor. Zowel acute als chronische hyperventilatie maakt vaak angstig. Zo angstig dat er paniek kan ontstaan. De gedachte aan angst roept de angst ook weer op.
Omgekeerd kan het ook zo zijn dat mensen beginnen met angstaanvallen en fobieën en als logisch gevolg daarvan gaan hyperventileren. Dit houdt vervolgens de angst of paniek langer in stand.

De kenmerken van een acute hyperventilatie aanval

1. Hartkloppingen

2. Hartkloppingen, bonzend hart of versnelde hartactie

3. Transpireren

4. Trillen of beven

5. Gevoel van ademnood of verstikking

6. Naar adem snakken

7. Pijn of onaangenaam gevoel op de borst

8. Misselijkheid of buikklachten

9. Gevoel van duizeligheid, onvastheid, licht in het hoofd of flauwte

10. Derealisatie (gevoel van onwerkelijkheid) of depersonalisatie (gevoel los van zich zelf te staan)

11. Angst dood te gaan

12. Paresthesieën (verdoofde of tintelende gevoelens)

13. Opvliegers of koude rillingen

 

Toch hoeven een acute hyperventilatie aanval en een angstaanval niet te duiden op een paniekstoornis. Een paniekstoornis kenmerkt zich door:

* De eerste aanvallen treden onverwachts op. Bijvoorbeeld op de bank, op de snelweg of in bed.

* Er treedt een intense angst op die uit het niets komt.

* Deze angst krijg je in een situatie waarin anderen rustig blijven.

* In de weken na de eerste aanval treden er vaak spontaan nieuwe aanvallen op.

* Er treedt een fobische angst op voor herhaling van nieuwe aanvallen.

* Veel mensen met een paniekstoornis gaan situaties ontwijken uit angst om een paniekaanval te krijgen.

* Dit zijn bijvoorbeeld bioscoop, drukte, lange winkelrijen en openbaar vervoer.

Als je twijfelt of je klachten verband houden met een paniekstoornis dan kan de huisarts hierover vaak uitsluitsel geven.

 
Geen aanstellerij
Jammer genoeg denken de meeste angst- en fobiepatiënten dat ze de enige zijn met hun probleem. Vaak worden ze ook niet begrepen door hun partner en hun omgeving. Het is ook moeilijk te begrijpen maar misschien is begrip de eerste stap naar genezing, omdat ook de patiënt dan eerder zal accepteren dat hij / zij echt iets mankeert en geen aansteller is.