Activiteiten
 

Ambulance terminologie 

Als eerste hulpverlener ben je soms als eerste bij een ongeval of je wordt er bijgeroepen. Dan verlenen we eerste hulp zoals we geleerd hebben met voor ons bekende termen. ALs de ambulance komt hebben we te maken met professionele hulpverleners met hun eigen terminologie. Als ze in hun eigen vakjargon gaan spreken, haken wij als EHBO-er snel af.

Om nu toch enigzins te begrijpen waar ze het over hebben staat hieronder een lijst met de verklaringen van het ambulance / medisch vakjargon.

Eerste kolom = medische term - Tweede kolom = nederlandse vertaling - Derde kolom = omschrijving

Ongevalsletsel

Gewrichten

 

Contusie 

Kneuzing

 Bloeduitstorting i/h onderhuidse weefsel, meestal door

Distorsie

 Verstuiking / verzwikking / verdraaing

 

 Beschadiging gewrichtkapsel/-banden

Luxatie

Ontwrichting

Kop gewricht is uit de gewrichtspan

 

Botletsel

 

Fissuur

Barst/spleet

 Vaak wel pijn, geen duidelijke afwijking zichtbaar

Fractuur

 Been/bot breuk (als teken #)

 

 

collum #

dijbeenhals

Veel bij oudere mensen

 compressie #

samengedrukt

 b.v. t.g.v. rechtstandige sprong naar beneden

 gecompliceerde # (open)

 

 

wond in de huid thv #

 green stick #

 

 geknikt / gebarsten als twijgje

meer "elastisch" botweefsel bij kinderen

 gesloten #

 

huid is intact gebleven

 impressie #

indrukking

b.v. slag op de schedel

 schedelbasis #

 

bloed uit oren / neus / soms de mond t.g.v. # in de

 schedelbasis (daar waar de schedel aan de romp

 vastzit), vaak rechtstreekse verbining hersenvocht-

 buitenlucht â†’ bloed met hersenvocht (hersen -

  ruggemergvocht = liquor cerebrospinalis) op een

 gaasje een "halo" zichtbaar (bloed met vage cirkel) 

 

 

 Belangrijkste botten (van hoofd naar voeten)

 

 

cranuim ("craniaal")

Schedel

 

Zygoma

Jubeen

 

 cervicale wervels

wervels van de nek / hals

 

 thoraciale wervels

wevels t.h.v. de borstkast (thortax)

 

 lumbale wervels

 wevels t.h.v. het lende gebied (na de onderste rib)

 

 costa ("costaal")

Ribben

 

Sternum

 borstbeen middenvoor

 

Clavicula

Sleutelbeen

breekt vaak t.g.v. autogordel

Scapula

Schouderblad

 

Humerus

Bovenarm

 

ulna

Ellepijp

 

Radius

Spaakbeen

 

 

heup / bekken

 

Femur

Dijbeen

 femur # â†’ shock risico!

Patella

knieschijf

 

 

 

Eerste kolom = medische term - Tweede kolom = nederlandse vertaling - Derde kolom = omschrijving

 Ongevalsletsel

 

 Gewrichten

 

 

 Contusie 

 

 Kneuzing

 

 Bloeduitstorting i/h onderhuidse weefsel, meestal door

 een stomp voorwerp 

 Distorsie

 

 Verstuiking / verzwikking / verdraaing

 

 Beschadiging gewrichtkapsel/-banden

 Luxatie

 

 Ontwrichting

 

 Kop gewricht is uit de gewrichtspan

 

 

 Botletsel

 

 

 Fissuur

 

 Barst/spleet

 

 Vaak wel pijn, geen duidelijke afwijking zichtbaar

 Fractuur

 

 Been/bot breuk (als teken #)

 

 

 collum #

 

 dijbeenhals

 

 Veel bij oudere mensen

 compressie #

 

 samengedrukt

 

 b.v. t.g.v. rechtstandige sprong naar beneden

 gecompliceerde # (open)

 

 

 

 wond in de huid thv #

 green stick #

 

 geknikt / gebarsten als twijgje

 

 meer "elastisch" botweefsel bij kinderen

 gesloten #

 

 

 

 huid is intact gebleven

 impressie #

 

 indrukking

 

 b.v. slag op de schedel

 schedelbasis #

 

 

 

 bloed uit oren / neus / soms de mond t.g.v. # in de

 schedelbasis (daar waar de schedel aan de romp

 vastzit), vaak rechtstreekse verbining hersenvocht-

 buitenlucht → bloed met hersenvocht (hersen -

  ruggemergvocht = liquor cerebrospinalis) op een

 gaasje een "halo" zichtbaar (bloed met vage cirkel) 

 

 

 Belangrijkste botten (van hoofd naar voeten)

 

 

 cranuim ("craniaal")

 

 schedel

 

 

 zygoma

 

 jubeen

 

 

 cervicale wervels

 

 wervels van de nek / hals

 

 

 thoraciale wervels

 

 wevels t.h.v. de borstkast (thortax)

 

 

 lumbale wervels

 

 wevels t.h.v. het lende gebied (na de onderste rib)

 

 

 costa ("costaal")

 

 ribben

 

 

 sternum

 

 borstbeen middenvoor

 

 

 clavicula

 

 sleutelbeen

 

 breekt vaak t.g.v. autogordel

 scapula

 

 schouderblad

 

 

 humerus

 

 bovenarm

 

 

 ulna

 

 ellepijp

 

 

 radius

 

 spaakbeen

 

 

 

 

 heup / bekken

 

 

 femur

 

 dijbeen

 

 femur # → shock risico!

 patella

 

 knieschijf

 

 

 tibia

 

 scheenbeen

 

 

 fibula

 

 kuitbeen

 

 

 

 

 huiddefecten

 

 

 amputatie

 

 geheel of gedeeltelijk azetting van een lichaamsdeel

 

 

 brandwond

 

 1e graad

 

 roodheid

 

 

 2e graad

 

 blaarvorming

 

 

 3e graad

 

 ernstige weefselbeschadigingen.

 

 

 4e graad

 

 gekookd (wit) / verkoling (zwart)

 

 

 

 

 denk aan de regel van 9 t.a.v. de ernst.

 hechtwond

 

 

 

 dermate grote of gecompliceerde verwonding dat deze

 gehecht dient te worden.

 hematoom

 

 bloeduitstorting

 

 

 steekwond

 

 

 

 door een voorwerp veroorzaakte insteekopening

 (voorwerp op z'n plaats in het lichaam laten; in elk

 geval, indien mogelijk, meenemen)

 

 

 Bloedingen

 

 

 Verneuze bloeding

 

 Aderlijke bloeding

 

 Bloed sijpelt (soms krachtig) uit de wond

 Arteriële bloeding

 

 Slagaderlijke bloeding

 

 Bloed spuit stootgewijs (hart-ritme) uit de wond

 Orgaan bloeding

 

 

 

 Meestal door stomp of doordringend trauma

 aangedane organen (longen, lever, nieren, milt) →

 shock!

 

 

 Hersen- / zenuwletsel

 

 

 Commotio

 

 Hersenschudding

 

 Cerebri: van cerebrum = hersenen

 Contusio cerebri

 

 Hersenkneuzing

 

 

 Schedelbasis fractuur

 

 

 

 

 Wervel fractuur/dislocatie

 

 

 

 Gevolg vaak: tintelingen en/of uitvalverschijnselen →

 nekkraag en wervelplank

 Whip-lash

 

 Zweepslag

 

 Langdurige hoofd/nekpijn en duizeligheid na extreme

 strekking gevolgd door buiging van de nek, t.g.v.

 schokstoot bij botsing (bv kop-staart)

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 Zwangerschap & geboorte

 

 Terminologie

 

 

 Dysmatuur

 

 Onderontwikkeld tov de leeftijd

 

 

 Gravida

 

 Zwangere

 

 van graviteit = zwangerschap

 Immatuur

 

 Onvoldragen

 

 

 Neonaat

 

 Pasgeborene

 

 

 Partus

 

 Bevalling, baring, uitdrijving van het kind

 

 

 Placenta

 

 Moederkoek

 

 Schijfvormig zeer vaatrijk vormsel in de baarmoeder

 tijdens de zwangerschap, aan de ene zijde via de

 navelstreng aan de vrucht verbonden, aan de andere

 zijde "ingegroeid" in de baarmoederwand: verzorgt

 bloedverbinding tussen moeder en vrucht; tijdens de

 bevalling: nageboorte, komt na het kind

 Prematuur

 

 Te vroeg, voortijdig, geboren

 

 

 Seroniteit

 

 Te lang durende zwangerschap

 

 

 Uterus

 

 Baarmoeder

 

 

 

 

 Zwangerschap problematiek

 

 

 Eclampsie

 

 Stuiptrekkingen t.g.v. zwangerschapsvergiftiging

 

 (gravidarum = tijdens de zwangerschap) gelijk aan een

 epileptische  insulten

 Extra uterine graviditeit

 

 Buitenbaarmoederlijke zwangerschap

 

 

 Fluxus post-partum

 

 Nabloeding na de geboorte van het kind

 

 → shock

 Ruptuur

 

 Scheuring

 

 (bijna-) totale vagina-ruptuur = scheuring van de

 onderzijde vagina tot (en met) de anus, t.g.v. bevalling

 Zwangerschaps-toxicose

 

 Zwangerschapsvergiftiging

 

 verschijnselen: o.a. hoge tensie, oedeem, eiwitten in de

 urine

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 Psychiatrie

 

 Meest voorkomende ziektebeelden

 

 

 Depressie

 

 Stoornis in het gevoelsleven

 

 zich uitend in neerslachtigheid, verminderde activiteiten,

 afmatting, geheigenproblemen, onverschilligheid voor

 prikkels van buitenaf

 Manie

 

 Stoornis in het gevoelsleven

 

 zich uitend in onbedwingbare driften van allerlei aard

 Psychose

 

 Geestesziekte

 

 waarbij men moeite heeft met het onderscheiden

 van/geen verschil meer kan onderkennen tussen

 fantasie en werkelijkheid, zich uitend van 

 "onzinverhalen"tot complete chaotische /

 onbegrijpelijke levenswijze en/of agressie

 

 

 Afkortingen

 

 

 BOPZ

 

 Wet Bijzondere Opnemingen in Psychiatrische Zieken-

 huizen

 

 

 IBS

 

 In Bewaring Stellen

 

 Gedurende korte tijd (enkele weken) verplichte

 opname

 RM

 

 Rechtelijke Machtiging

 

 Gedurende langere tijd (half jaar) verpichte opname

 TS

 

 Tentamen Suïcide

 

 Zelfmoordpoging

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 Hart & Vaatziekten

 

 Anatomie termen

 

 

 Atrium

 

 Boezem

 

 Twee boezems aan de bovenzijde van het hart

 sinus ritme(=RSR Regulair Sinus Ritme)

 

 Normale hartslag geactiveerd vanuit de sinusknoop

 

 

 Ventrikel

 

 Kamer

 

 Twee kamers aan de onderzijde van het hart

 

 

 

 

 

 

 

 Meest gebruikte termen bij ziekte verschijnselen

 

 

 Aneurysma

 

 Zak- of spoelvormige verwijdering van de slagader;

 slagaderbreuk

 

 Afhankelijk van de plaats van het aneurysna, kan dit

 een levensbedreigende situatie zijn

 A.P. klachten = Angina Pectoris

 

 

 

 met pijn in de hartstreek, angst en een beklemd gevoel

  gepaard gaande aanvallen t.g.v. zuurstoftekort van de

 hartspier

 Asthma cardiale

 

 Asthma = veranderlijke belemmering in doorgankelijkheid

 kleine luchtwegen

 

 t.g.v. van links-decompensatie ("longen lopen vol"

 door uittredend vocht) optredende ernstige

 benauwdheid 

 Asystolie

 

 A = geen / Systole = samentrekking hartspier

 

 geen samentrekking van de hartspier, geen elektrische

 activiteit: streep op de scope

 Brady -cardie

 

 Brady = kort

 

 abnormale langzame hartwerking

 Decompensatio cordis

 

 Stoornis in het compensatie vermogen van het hart

 

 verlies aan pompkracht van het hart, waardoor vocht

 zich ophoopt in de benen (= rechtse decompensatie)

 en/of in de longen (= linkse decompensatie)

 Fibrilleren

 

 Onwillekeurig samentrekken van spierweefsel

 

 bibberen

 Atrium fibrilleren

 

 BF: boezems pompen onvoldoende uit in kamers

 

 geeft verhoogt risico op stolselvorming

 Ventrikel fibrilleren

 

 VF: kamers pompen niet meer uit naar het lichaam

 

 is dodelijk

 Hartinfract

 

 Acuut zuurstof tekort van hartspierweesel door afsluiting

 van één of meer kransslagaders

 (= slagaders die om het hart liggen)

 

 zich uitend in beklemmende pijn achter 't borstbeen,

 meestal uitstralend naar armen, hals, kaak, mond

 Infarct

 

 opvulling

 

 gehele (of gedeeltelijke) afsluiting van een bloedvat,

 zodanig dat het weefsel, dat door dit vat van bloed

 wordt voorzien, door het tekort beschadigd wordt

 Ischemie

 

 Plaatselijke bloedeloosheid, zuurstof te kort in het weefsel

 

 

 Septum defect

 

 Septum = tussenschot / defect = gebrek

 

 bij hartproblemen  meestal O2-rijk bloed wordt door

 defect ("gaatje" in) tussenschot van het hart

 "vermengd"met O2-arm bloed

 Tachy cardie

 

 Tachy = snel

 

 abnormale snelle hartwerking

 

 

 Onderzoek / behandeling hartziekten

 

 

 C.A.B.G.

 

 Coronary Artery Bypass Graft

 

 d.m.v. een bloedvat elders uit het lichaam (meestal een

 been) een bloedvat omleggen, zo een dichtgeslibt deel

 passerend (= Bypass)

 C.A.G.

 

 Coronair Angio Grafie

 

 Röntgen opname van de bloedvaten van het hart,

 d.m.v. het inbrengen van een catheter (= een buisje/

 slangetje) in de lies- of arm arterie (wordt doorgevoerd

 naar het hart) en daarna inspuiten van Röntgen

 contrast vloeistof

 P.T.C.A.

 

 Percutane Transluminale Coronaire Angioplastiek

 

 dotteren: methode (van dr Dotter en dr. Judkins USA)

 d.m.v. inbrengen catheter met opblaasbaar uiteinde,

 dichtgeslibte vaten verruimen  

 Stent

 

 Zelf uiteengaande metale prothese

 

 wordt, tijdens een dotter behandeling, in een coroniare

 atrerie ingebracht, houdt het vat (langer) open

 

 

 Vaatziekte in de hersenen

 

 

 C.V.A.

 

 Cerebral Vasculair Accident

 

 t.g.v. een afsluiting van, of een bloeding vanuit, een

 bloedvat (-vaten) in de hersenen neurologische

 uitvalverschijnselen, zoals halfzijde zwakte van de

 bewegingen (=hemi-parese), of halfzijdige verlamming

 (verlamming = paralyse) en/of onvermogen zich uit te

 drukken in spraak/schrift (=afasie)

 T.I.A.

 

 Trancient Ischemic Attack

 

 plotseling optredende neuroligische uitvalverschijnselen

 t.g.v. circulatie stoornis in de hersenen, welke van

 voorbijgaande aard zijn en weinig tot geen

 restverschijnselen nalaten

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 Ziekte aan de luchtwegen

 

 Enkele termen

 

 

 Aspiratie

 

 Aanzuiging / inademing

 

met: "patiënt heeft geaspireerd" bedoeld men meestal: inademen

van andere zaken dan lucht: braaksel, water, ect.

(zie: aspiratie-pneumonie)

 Expiratie

 

 Uitademings activiteiten

 

 

 Inhalatie

 

 Inademing van dampen / gassen

 

 

 Inspiratie

 

 Inademings activiteiten

 

 

 Ventilatie

 

 Luchtverversiing / ademhaling

 

 

 

 

 Ziektebeelden

 

 

 Aspiratie pneumonie

 

 Longonmtsteking door aanzuiging (bij de inademing)

 van voor de longen schadelijke stoffen

 

 kan dus ook t.g.v. braken of bijna verdrinking zijn

 CARA

 

 Chronische A-speciafieke Respiratoire Aandoeningen

 

 verzamelnaam van slijmvlies ontstekingen van de

 ademhalings organen door virale en/of bacteriële

 oorzaak of door overmatig sterke reacties op stoffen uit

 de leefomgeving

 Hooikoorts

 

 

 

 Overgevoeligheid voor bepaalde stuifmeel soorten

 en/of mijten in huisstof ect.

 Asthma bronchiale

 

 

 

 aanvalsgewijs optredende ernstige ademnood t.g.v.

 kramp van de spieren, en zwelling van het slijmvlies, in

 de grote luchtwegen

 Chronische bronchitis

 

 

 

 slepend verlopende slijmvlies ontsteking van de grote

 luchtwegen

 Emfyseem

 

 Luchtzucht

 

 long emfyseem: het verloren gaan van de elasticiteit

 van de longblaasjes, waardoor verminderde gas-

 wisseling en vernauwing van de kleinere luchtwegen

 C.O.P.D.

 

 Chronic Obstructive Pulmonary Diseases

 

 steeds meer in zwang komende term, ter benoeming

 van verspreid in het luchtwegenstelsel voorkomende

 vernauwing van de luchtwegen, CARA klachten

 Hyperventilatie

 

 

 

 versnelde en verdiepte ademhaling, meestal door

 emoties bij neurotische mensen, soms t.g.v.

  ziektetoestanden zoals diabetes, cerebrale stoornissen

 of hartproblemen

 Pneumonie

 

 Longontsteking

 

 

 Pneumo thorax

 

 Ophoping van lucht/gas in de borstholte

 

 

 Spannings pneumothorax

 

 

 

 tijdens de inademing wordt lucht aangezogen via een

 (traumatisch of ziekelijk) defect dat zich bij uitademing

 sluit, zodat de hoeveelheid lucht in de bostholte steeds

 toeneemt

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 Enige andere ziektebeelden

 

 

 

 

 Diabetes mellitus

 

 Diabetes = waterhevel / mellitus = honingzoet

 

 Suikerziekte: door onvoldoende werking of productie

 van het alvleesklier-hormoon insuline (waardoor te

 weinig calorieën vrijkomen uit de ingenomen

 voedingsproducten) gaat het lichaam de ongebruikte

 suikers weer uitspoelen via de nieren: "zoete urine"

 

 

 hyper-glycemie (hyper=veel / glucose=druivensuiker /

 (a)emie=mbt het bloed

 

 Sterk verhoogd glucosegehalte van het bloed

 

 

 hypo-glycemie (hypo=verminderd/onvolkomen

 

 Te laag glucosegehalte van het bloed

 Epilepsie

 

 Vallende ziekte

 

 Aanvalsgewijs optredende stoornissen in de hersen-

 functie, zich meestal uitend in daling van de

 bewustzijnsgraad (=absence) tot bewusteloosheid en

 krampen gedurende langere tijd (=grand mal) 

 

 

 epileptisch insult (insult=aanval)

 

 

 Hepatitus

 

 Hepar = lever

 

 Leverontsteking, meestal veroorzaakt door een virus

 (A, B, herpes simplex), soms door een bacterie (ziekte

 van Weil), door invloed van giftige (=toxische) stoffen

 (alcohol, medicijnen) of door andere interne ziektes →

 vaak "geel" oogwit of zelfs "gele" huidskleur (=icterus)

 H.N.P.

 

 Hernia Nucleï Pulposi / hernia = breuk

 

 Uitstulping van een tussenwervelschijf waardoor druk

 ontstaat op bepaalde zenuwen, meestal t.h.v. de

 lendewervels (van boven naar beneden: L(umbaal) 1,

 L2, L3 enz.)

 Ileus

 

 

 

 Onvermogen van de darm tot voorbewegen van de 

 darminhoud, t.g.v. bijvoorbeeld spierverlamming,

 afsluiting.

 Koliek

 

 

 

 Heftige pijn door kramptoestand van spierweefsel in

 holle organen (maag, darm, galwegen, baarmoeder, 

 urinewegen, ect.)

 Koortsstuip

 

 

 

 Vooral bij kinderen tot ± 5 jaar voorkomende aanvallen

 van krampen, (gelijkend op epileptische insulten) t.g.v.

 veel te hoge lichaamstemperatuur (>39 °C)

 Meningitis

 

 Meningen = hersenvliezen

 

 Acute of sub- (=half) acute infectie ziekte gekenmerkt

 door ontsteking van de hersen- en/of ruggemerg-

 vliezen, vrijwel altijd door bacteriële of virale oorzaak

 ("nekkramp") - > kan besmettelijk zijn!! 

 Urine-retentie

 

 Ophouden of terughouding van urine

 

 Onmogelijkheid urine uit de blaas te lozen.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 Diverse termen

 

 

 

 

 Ambu-ballon

 

 Merknaam voor beademings-ballon

 

 

 Catheter

 

 Buisje

 

 Meestal flexibel buisje in urinekanaal om urine uit de

 blaas te laten lopen, in daarvoor bestemd zakje (=c.a.d.

 catheter á demeure: verblijfscatheter)

 C.C.U.

 

 Coronary Care Unit

 

 Hartbewakings afdeling

 Coniotomie

 

 Opening van de luchtpijp door insnijding tussen

 schildkraakbeen en ringkraakbeen

 

 

 CT-Scan

 

 Computer Tomography

 

 Ronddraaiende Röntgenbuis, doorlicht telkens op een

 andere plaats het lichaamsdeel (hoofd, buikholte), zo

 ontstaat , m.b.v. computer interpretatie, een opname

 van een dwarsdoorsnede (in plaats van een voor-,

 achter-, of zijaanzicht zoals bij een gewone Röntgen-

 foto)

 Defibrilleren

 

 

 

 Opheffen van fibrillatie van de hartspier d.m.v.

 stroomstoot, toegediend met de paddles / via de defi-

 pads van de defibrillator.

 I.C.U.

 

 Intensive Care Unit

 

 Afdeling voor intensieve zorg t.b.v. diverse vitale

 lichaamsfuncties

 Infuus / infunderen

 

 infuuus = vloeistof bereiden uit geneesmiddelen

 

 

 

 

 infusie = ingieting, het inbrengen van vocht

 

 

 

 

 infunderen = het bereiden/ toedienen van een infuus

 

 

 Intubatie

 

 

 

 Inbrengen van een buisje in het strottenhoofd (begin

 van de luchtpijp, achter de stembanden) m.b.v. de

 laryngoscoop om d.m.v.  Beademingsautomaat of

 beademingsballon de ademhaling kunstmatig te

 vervangen/ondersteunen.

 M.R.I.

 

 Magnetic Resonance Imaging

 

 Door interpretatie van teruggekaatste magnetische

 straling, m.b.v. een computer, opname maken van

 dwarsdoorsneden van het menselijk lichaam

 (toepassing als CT-Scan, echter veel nauwkeuriger

 opname) 

 Packed Cells

 

 

 

 Plasma vloeistof waarin grote hoeveelheden rode

 bloedlichaampjes "zweven"

 P.O.K.

 

 Poliklinische Operatie Kamer

 

 

 Polikliniek

 

 

 

 Afdeling voor behandeling van lopende patiëten: geen

 klinische (kliniek=ziekenhuis) opnames.

 Recidief

 

 Terugval

 

 Opnieuw optreden van ziekteverschijnselen na 

 genezing

 Saturatie

 

 Verzadiging

 

 Mate van verzadiging van het bloed met zuurstof

 (waarde van 95 tot 100 is normaal)

 Stoma

 

 Opening

 

 Onnatuurlijke, al of niet kunstmatige (door een chirurg

  aangelegde) opening, die een lichaamsholte met de

 buitenwereld verbind: urine-stoma, anus

 praeternaturalis, tracheo- stoma.

 Succomberen

 

 Bezwijken / overlijden

 

 Voorkeursterm bij het vermelden van dit gegeven aan

 de CPA (Centrale Post Ambulance) per porto-

 foon/mobilofoon: "de patiënt is "gesuccombeerd""

 Tensie

 

 Spanning / druk

 

 Bloeddruk; gemiddeld R(iva)R(occi) 120/80 (mm kwik-

 kolom)

 Terminaal

 

 Zich aan het einde bevindend

 

 Laatste levensfase van een niet meer te genezen zieke.

 Tracheotomie

 

 Luchtpijpsnede

 

 (Nood-) operatieve opening van de luchtpijp = trachea

 Trauma

 

 

 

 Geweldadige inwerkeing waardoor een vewonding

 ontstaat

 

 

 inhalatie trauma

 

trauma t.g.v. inademing van schadelijke dampen/gassen

(bijv. rook bij een brand)

 

 

 poly trauma: poly = veel

 

ernstig gekwetste ongevalspatiënt, met diverse verwondingen.

 

 

 psychisch trauma

 

geestelijk geweld aangedaan, bijv. blootstelling aan oorlogssituatie,

bedreiging met geweld.

 Triage

 

 

 

 Het rangschikken van gewonden. Bij grotere

 ongevallen en rampen, naar de ernst van de

 verwondingen

 Verkoeverkamer

 

 Verkoeveren = zich herstellen

 

 Waar patiënten uit de narcose bijkomen; "recovery"

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 Afdelingsbenamingen ziekenhuis

 

 

 

 

 Gynaecologie

 

 Kennis van de ziekten vna de vrouwelijke geslachtsorganen

 

 

 Neurologie

 

 Kennis van de ziekten van het zenuwstelsel

 

 

 Orhopedie

 

 Behandeling van ziekelijke vorm- en functieverandering

 van het bewegingsapparaat

 

 

 Urologie

 

 Kennis van de ziekten van nieren, urinewegen en

 mannelijke geslachtsorganen

 

 

 

Met dank aan Jan Muntjewerf voor het samenstellen van deze lijst, werkzaam bij VZA Verenigd Ziekenvervoer Amsterdam e.o.